Het sneeuwt nooit in Beijing. Of, nou ja: bijna nooit. En dat geldt ook voor Yanqing en Zhangjiakou, waar respectievelijk de paralympische skiërs en snowboarders in actie komen. De beelden van wat door moet gaan voor een skigebied, kennen we al van de Olympische Spelen: een kunstmatig wit gespoten sliert in een verder dor en bruin Yin-gebergte.

Waar de Winterspelen vier jaar geleden in het Zuid-Koreaanse Pyeongchang nog voor het grootste deel afhankelijk waren van kunstsneeuw, is dat grootste deel in China nog veel groter. In Yanqing, waar de alpineskiërs gaan strijden om de medailles, is het skigebied speciaal voor de Spelen uit de grond gestampt en steken de witte pistes sterk af tegen de omringende heuvels. Ook honderd kilometer verderop, waar de snowboarders gaan racen, zijn ook sneeuwkanonnen ingezet. De Chinese organisatie wijst vooral op de groene keurmerken die het evenement heeft gekregen, maar wie de enorme hoeveelheid water en elektriciteit die de afgelopen maanden (ja, maanden!) gebruikt is om de pistes wit te krijgen, kan niet anders dan concluderen dat het evenement een enorm milieu-impact moet hebben.

Het is niet voor het eerst dat er kunstsneeuw ingezet moet worden op Winterspelen te kunnen houden. Door de mens gemaakte sneeuw werd voor het eerst gebruikt tijdens de Olympische Spelen van 1980 in Lake Placid. De hellingen rond Beijing zijn bedekt met in totaal 272 sneeuwkanonnen en nog eens 82 zogenaamde ‘sneeuwlansen’, allemaal aangesloten op een systeem van hogedrukpompen en waterleidingen. De kanonnen schieten dat water tientallen meters de lucht in en terwijl het naar de grond valt, wordt de sneeuw gevormd – met natuurlijke kou. Al kan dat tijdens de Paralympische Spelen nog wel een probleem worden: ’s nachts zakt het kwik naar temperaturen tussen -5°C en -10°C, maar overdag wordt het ruim boven het vriespunt.

Foto: Thomas Lovelock for OIS/IOC

GOEDNIEUWSSHOW

Kunstsneeuw met natuurlijke kou. Dat klinkt natuurlijk als een prachtige oplossing voor het van nature sneeuwarme gebied. Maar bedenk wel dat Yanqing en Zhangjiakou niet ver van de Gobi-woestijn liggen. En dus niet zo waterrijk zijn. Het IOC noemde dat probleem zelf al voor de Chinese hoofdstad in 2015 de Olympische en Paralympische Winterspelen kreeg toegewezen. ‘Het gebied wordt steeds droger door klimaatverandering en andere factoren’, zei het IOC toen. Om er ook nog aan toe te voegen dat de Chinese organisatie de hoeveelheid water onderschatte die nodig was om de pistes wit te maken. De organisatie schatte de hoeveelheid water op ruim 185 miljoen liter; omgerekend bijna 75 Olympische zwembaden. Experts denken dat het vele malen meer is, maar in de goednieuwsshow die de Spelen voor China moeten zijn, zal de organisatie dat nooit toegeven. Tijdens de Olympische Spelen doet zelfs het IOC mee met mooi weer spelen: ‘Doordat het zo koud is in Yanqing en Zhangjiakou, wordt er op zeer efficiënte manier sneeuw gemaakt. Bovendien hoeft er, omdat het constant vriest, niet steeds nieuwe sneeuw gemaakt te worden.’ Geen woord over de hoeveelheid water of de gevolgen voor het omliggende gebied.

De goednieuwsshow ging tijdens de Olympische Spelen overigens nog verder: nadat er de hele eerste week vooral aandacht was voor de bruine omgeving van de spierwitte pistes, zette het Bureau Weersbeïnvloeding van de Chinese Meteorologische Dienst een heuse sneeuwstorm aan. Zó erg dat er toen in één nacht tot wel 15 centimeter sneeuw viel; meer dan normaal in de hele maand februari. Goed voor het uitstellen van de reuzenslalom van de Olympische alpineskiërs. Of het natuurlijke sneeuw was, of dat er inderdaad sprake was van een technisch foefje, zullen we nooit weten. China staat er wel om bekend het weer graag te beïnvloeden. Niet alleen voor betere landbouw of het bestrijden van bosbranden, maar ook voor de show. Of, zoals het officieel heet: het vlot laten verlopen van grote evenementen. Dus strakblauwe luchten bij feestelijke dagen in de zomer, en als het kan een sneeuwbuitje in de winter. In aanloop naar de Winterspelen werd er in de bergen rond Zhiangjiakou en Yanqing behoorlijk geïnvesteerd door het Bureau Weerbeïnvloeding: raketinstallaties, hoogovens en een vliegveld voor zogenaamde regen- en sneeuwversterkingsoperaties. Door heel China werken tienduizenden Chinezen voor het bureau, dat zich voornamelijk bezighoudt met het richting wolken afschieten van granaten en raketten gevuld met zilverjodide. Dat goedje versnelt de vorming van wolken en dus de kans op neerslag. En ligt de temperatuur dan onder nul, wordt het sneeuw.

Sneeuw op de Chinese muur komt zelden voor

AGRESSIEVE SNEEUW

Of die ene sneeuwstorm nou ‘natuurlijke sneeuw’ was? Je kunt er je vraagtekens bij zetten. En de pistes zijn hoe dan ook wit gemaakt met niet-natuurlijke sneeuw. Maakt het uit voor de sport? Ja. En nee. Kunstsneeuw is anders. Niet persé beter of slechter. Omdat het vooral uit ijskristallen bestaat, is kunstsneeuw gevoeliger voor bevriezing, en dus sneller en gevaarlijker. En laat zitskiër Jeroen Kampschreur, regerend paralympisch kampioen op de supercombinatie, daar nou wel van houden. ‘Tot nu toe zijn mijn resultaten op kunstsneeuw altijd goed geweest. Natuurlijke sneeuw is zachter, en daarop kan ik niet echt de versnelling uit mijn ski halen.’ Bondscoach Falco Teitsma beaamt het: ‘Kunstsneeuw is altijd wat agressievere, hardere sneeuw. In zachte sneeuw kun je je ingraven als je agressief skiet, zoals bijvoorbeeld Jeroen doet. En kunstsneeuw geeft je de snelheid juist mee. Dan wordt het technisch wel wat moeilijker, maar wel sneller.’

De para-alpineskiërs zijn de kunstsneeuw bovendien wel gewend. Verreweg hun meeste wedstrijden vinden op die ondergrond plaats. ‘Skigebieden kunnen vaak niet meer zonder’, zegt Teitsma. ‘In Amerika heb je een heel specifieke soort kunstsneeuw. Zoiets gaan we in China ook krijgen. De pistes liggen ver landinwaarts, het is er heel koud en dus is het een heel pure vorm van kunstsneeuw. We weten hoe we daarmee om moeten gaan: ski’s worden anders geprepareerd, want in een bocht pakt de sneeuw je sneller vast, je glijdt er niet overheen. Als je dan een vlijmscherpe ski hebt, schiet je de hoek om en sta je achterstevoren. Dus je moet een ander plan hebben om daarmee om te gaan.’

TRAININGSDAGEN

Het enige nadeel is wel dat de pistes in Yanqing helemaal onbekend zijn voor de skiërs. Door corona ging het testevenement vorig jaar niet door. Pas de dag dat ze aankomen in China, zullen ze de bergen voor het eerst zien. ‘Natuurlijk is dat jammer, je weet niet wat je precies te wachten staat’, zegt de bondscoach. ‘Maar daar heeft iedereen last van; de enigen die er aan het trainen zijn, zijn de Chinezen. ‘Gelukkig beginnen we met wat trainingsdagen, waar we dingen kunnen proberen.’ Kampschreur hoort het met een glimlach aan: ‘Misschien is het wel een voordeel ten opzichte van de concurrentie dat we er niet zijn geweest. Veel skiërs hebben echt tijd nodig om te wennen aan kunstsneeuw. Ik kan me daar vaak wel snel op aanpassen.’